PELLEGRINO CARDILLA Nero d'Avola

Cardilla, het land met de wijngaarden.

In het westen van Sicilië, rondom Marsala in de provincie Trapani, liggen vele wijngaarden. Het landschap is er glooiend en landelijk; je ziet er veel landbouw, afgewisseld met onbedorven natuur. De zomers zijn er heet en zonnig, de winters mild, de luchten blauw, en er heerst een vredige stilte. Je ziet er het boerenleven dat gewijd is aan het werk op het land.

In dat landschap ligt Cardilla, slechts enkele kilometers van de zee, een gebied vol met druivenstokken, olijf- en citrusbomen. Het lijkt hier alsof de tijd heeft stilgestaan. Hier worden de wijnen gemaakt die de familie Pellegrino speciaal naar dit stuk grond heeft genoemd als ode aan dit landleven. Een serie wijnen met lokale en inheemse druivensoorten, met op het etiket ouderwetse gebruiksvoorwerpen zoals een oude wijnpers, een ploeg maar ook een ezel die men vroeger in de wijngaarden gebruikte als lastdier.

De nero d’avola is bekend op Sicilië sinds het einde van de 17e eeuw en is het belangrijkste symbool van de Siciliaanse wijnbouw. De koning van de oorspronkelijke rode druivensoorten van het eiland heeft grote bladeren en lange donkerblauwe trossen die goed tegen de zon en hitte kunnen. Deze druiven produceren een rode wijn met een geweldig karakter, met intense en complexe aroma’s en tonen van rood fruit en viooltjes met een hint van kersen. In de mond is hij fris en redelijk zacht en gaat goed samen met vlees en kaas maar ook perfect bij groenten- en tomatensoep.

De druivenstokken staat op een ondergrond van middelzware zoute klei-achtige grond op zo’n 160 m boven zeeniveau.

De oogst begint de eerste 10 dagen van september. De vinificatie gebeurt op traditionele wijze met een goede controle van de temperatuur. Als de vergisting is afgerond rijpt de wijn nog 4 maanden op de lie in roestvrijstalen vaten.

Sicilië is de 2e wijnbouwregio van Italië. De familie Carlo Pellegrino maakt hier al sinds 1880 marsala (versterkte wijn) en stille wijnen. Daarvoor zijn er in de loop der jaren 3 wijnhuizen gebouwd: de historische kelder midden in de stad Marsala voor het maken van de marsala; het moderne wijnhuis net buiten de stad waar de stille wijnen worden gemaakt, uitgerust met de modernste technieken; en dan nog het wijnhuis op het eilandje Pantelleria, waar de zibibbo-druif (muskaat) wordt gevinifieerd voor de zoete witte wijnen. De wijnen van Sicilië hebben een heel eigen karakter. De invloed van de zee op het klimaat is uiteraard sterk. Het vraagt om druiven die, ondanks de hitte, wijnen met goede zuren kunnen opleveren. In de wijnregio's rondom de stad Marsala groeien al honderden jaren de belangrijkste Siciliaanse druiven: nero d'avola, grillo, inzolia, catarratto en zibibbo. De zibibbo (het arabische woord voor muskaat) wordt vooral gebruikt voor zoete wijnen. De witte grillo, inzolia en caterratto werden van oorsprong gebruikt voor de marsala maar worden nu ook als stille wijn gevinifieerd met een heel goed resultaat. Voor rode wijnen zijn het voornamelijk de nero d'avola en de nerello mascalese. Zowel de rode als de witte druiven laten zich goed blenden met de internationale druivensoorten zoals syrah en chardonnay en worden vaak toegevoegd om de herkenbaarheid voor de consument groter te maken. De mensen zijn er bijzonder gastvrij, ook bij Pellegrino in Marsala wordt u met open armen ontvangen. Men praat er graag over de bijzonderheden van het eiland en de heerlijke keuken. Ze zijn er niet voor niets trots op Siciliaan te zijn.